#SpukuTorie 1242015 Ik leerde mijn man kennen tijdens een gedichten avond in Tori Oso, ode aan Dobru. Ik had een gedicht van Dobru voorgedragen en zo ook eenieder die van zijn gedichten hield. Die avond was gevuld met goede muziek, lekker eten en drinken. Ik voelde plotseling een hand op mijn schouder en als ik om keek stond hij met de breedste glimlach naar me te kijken en zei: “Je hebt het voortreffelijk gedaan. Mag ik weten wat hoe u heet?” Ik was even met stomheid geslagen, omdat ik hem echt knap vond. “Agnes, ik heet Agnes”, zei ik een beetje stotterend. Hij vroeg of ik met iemand was gekomen. Ik vertelde hem dat ik alleen was en dat hij me wel gezelschap mocht komen houden indien hij ook alleen was. Vanaf dat moment klikte het direct tussen ons. Ik was vrijgezel en hij tevens ook. Ik was al langer dan 5 jaren niet met een man, ook vanwege mijn drukke baan en mijn dochtertje. Het is ook niet zo dat ik erop uitging om iemand te zoeken. Maar die dag vond ik het echt prettig om een beetje aandacht te krijgen van een man. We babbelden over heel veel dingen, zoals werk, leven zonder een partner en nog veel meer. Bleek dus dat hij wel was getrouwd, maar dat hij nu een weduwnaar was omdat zijn vrouw kwam te overlijden. Vanaf die dag begon er meer te groeien dan alleen de vriendschap. Het had een jaar of twee geduurd voordat we besloten om te gaan trouwen. Mijn dochtertje was ook helemaal in haar sas om eens een echte vaderfiguur te krijgen in haar leven en ik een man. Toen we waren getrouwd trokken we in bij zijn huis en het zouden de mooiste jaren worden van ons leven…dat dacht ik trouwens ook. Maar al heel vroeg begonnen de problemen zich te vertonen.
Het huis was heel mooi vanbinnen en vanbuiten. Maar binnen zag het er vrij verwaarloosd uit. Het waren nog steeds de oude gordijnen en hij vertelde me toen dat hij alles zo had gelaten precies als toen Martha, zijn overleden vrouw, nog in leven was. Maar hij stemde wel toe toen ik zei dat ik het toch anders zou willen hebben en dat ik graag het huis zou willen decoreren op mijn manier. Hij gaf ons een rondleiding door het hele huis. Boven waren de slaapkamers en beneden het terras, de keuken en de woonkamer. Maar toen we boven aan het rondkijken waren, wees hij de deur aan van de kamer van zijn overleden vrouw. “Ik heb wel een verzoek om die kamer precies zo te laten als hoe het was. Het liefst niet erin gaan. Kunnen we dat afspreken?”, vroeg hij. Ik stemde toe en begreep wel de sentimentele waarde die hij hecht aan die kamer. Ik besloot voor mezelf er ook nooit in te gaan tenzij het noodzakelijk was. Maar in mijn achterhoofd had ik wel een beetje een huivering. “Waarom houdt hij vast aan het verleden?”, dacht ik in mezelf. Ik was niet eens met zijn besluit, maar ik respecteerde het wel. Zo begon de periode dat ik het heel huis veranderde vanbinnen en ook een beetje van buiten. Een vrouwenhand is altijd het best bij huis decoratie. Binnen een week zag het huis er weer helemaal levendig uit en het gevoel dat je “thuis” was straalde ervan af. Mijn dochtertje, toen 11 jaar, kreeg haar eigen kamer en ze was helemaal in haar sas. De oude spullen deed ik allemaal in dozen en plakte ze dicht met plakband. Alle dozen kregen een plek in de ruime garage. We hadden nog niet afgesproken wat we met de dingen zou doen.
Een middag kwam ik van werk en pikte mijn dochter op van de naschoolse opvang. Ik had toen nog niet door dat er iets aan de hand was in het huis, maar ik liep gewoon regelrecht naar de keuken, terwijl mijn dochtertje direct naar boven ging om zich om te kleden. Ik liep naar de woonkamer toe om de lamellen open te schijven toen ik merkte dat er oude spullen waren geplaatst op de vensterbank. Dezelfde spullen die ik had gezet in de 1 van de dozen. Het ging om een kaarsenhouder en een paar snuisterijen. Ik dacht direct van: “Deze man…hij kan zich ook niet aan z’n woord houden.” Ik ging ervan uit dat hij de spullen terug had gezet, maar toen hij thuiskwam en ik hem vroeg over de spullen, zei hij dat hij niets heeft aangeraakt of uit dozen had gehaald. “Maar hoe komen die dingen daar dan?”, vroeg ik. Hij zei me dat ik misschien de dingen over het hoofd had gezien en zelf terug had geplaatst. Ik weet dat ik het niet had gedaan en ik vergiste me ook niet. Opeens hoorde ik mijn dochter gillen. We renden beide de trap op en ze stond helemaal in de hoek van haar kamer te kijken naar haar bed. “Mama, mama er is een vrouw in m’n bed gaan liggen”, schreeuwde ze. Ik stelde haar gerust en probeerde haar op andere gedachten te brengen door zelf in het bed te gaan liggen, zodat ze ziet dat er niemand in het bed lag. Maar ze bleef voet bij stuk houden dat er iemand in haar bed lag. Mijn man probeerde haar ook op andere gedachten te brengen en zei haar dat ze moest bidden zodat die vrouw weg kon gaan. Daar stond mijn dochtertje dan, te bidden met haar ogen dicht. Als ze klaar was met haar gebed, vroeg ik haar gelijk of ze de vrouw nog zag. “Nee mama, ze is weg.”, zei ze. We gingen toen terug naar beneden om te beginnen aan onze maaltijd. Na het eten, nam ik de stoute schoenen en vroeg aan mijn man of hij geloofde in spoken en geesten. Hij geloofde er niets van. Maar ik probeerde hem duidelijk te maken dat kinderen ze vaker zien en dat mijn dochter niet zomaar iets zou verzinnen. “Waarom mogen we niet in de kamer?”, vroeg ik hem toen. Hij keek me even stil aan en vertelde me dat hij alles precies zo had gelaten toen zijn vrouw was gestorven in de kamer. Ik schrok echt. Ik dacht al die tijd dat zijn vrouw was overleden in het ziekenhuis. Ik wist toen dat die vrouw haar geest nog steeds hier in het huis was. “Kan niet Agnes…die vrouw was overleden en daar blijf ik bij…geen enkele spook of geest…dat is flauwekul”, zei hij toen lachend.
Dagen verstreken en ik merkte niets meer op bij mijn dochtertje. Ze was even vrolijk als altijd. Het was een zondag ochtend toen ik in de woonkamer zat te kijken naar tv, toen er opeens heel hard op de deur werd gebonsd. “Wie zal dat zijn…zeker iets gebeurd”, dacht ik in mezelf, terwijl ik rende naar de voordeur. Met een ruk trok ik het open en een ijskoude bries van lucht ging dwars door me heen. Er stond niemand voor de deur. Ik maakte de deur maar snel dicht en begon toen te praten in de ruimte: “Ik ben niet gekomen om iemand lastig te vallen. Ik vraag om met rust gelaten te worden en hetzelfde geldt ook voor mijn dochtertje. Laat ons met rust. Wij wonen nu hier en wat niet hier thuis hoort moet weg.” Opeens hoorde ik duidelijk een stem in mijn oor gillen: “Jij moet weg.” Ik sprong een paar grote stappen naar links en keek in het rond. Mijn hart bonsde verschrikkelijk snel en ik wist niet wat ik moest doen. Opeens hoorde ik geluiden alsof dingen overhoop werden gegooid in een kamer boven. Ik rende de trap op om naar mijn dochtertjes kamer te gaan, maar zij sliep nog. Ik maakte de deur zachtjes dicht, maar het geluid in de kamer werd zo luid dat mijn man zelfs wakker van werd. Hij kwam onze slaapkamer uit en keek me aan met een blik alsof ik het geluid maakte. Ik liep direct naar hem toen en hield hem vast terwijl wij beiden hoorde hoe dingen in de kamer werden gegooid. Opeens werd er hard aan die deur gebonsd en binnen 4 tellen zwaaide de deur open en het geluid stopte. “Wat is dit nou”, zei mijn man duidelijk bevreesd. Heel voorzichtig liepen we naar de kamer en ik kon mijn ogen niet geloven. De hele kamer was letterlijk en figuurlijk overhoopgehaald. Het ziekenhuisbed lag onderste boven, gordijnen waren weggerukt en heel veel foto’s lagen over de vloer verspreid. “Zie je wat ik bedoel Herman…er is meer tussen hemel en aarde…je moet loslaten”, zei ik aan hem. Opeens voelde ik een harde trap in mijn maag. Ik werd gesmeten tegen de muur van de ging. Het was zo hard dat ik snakte naar adem. Mijn man was nu helemaal overstuur en wist niet wat hij zag. Hij rende direct naar me toe en we vluchtten naar de kamer van mijn dochter. Net hoe we de deur dicht maakten, begon deze heftig te trillen en te schudden. Ik sprong in het bed met mijn dochtertje die intussen wakker was geworden van het kabaal. Wij drietjes zaten nu op het bed te kijken naar de deur. Ik schreeuwde zo hard ik kon: “Ga weg ga weg en laat ons met rust”, maar het leek te verergeren hoe meer ik schreeuwde. Opeens kwamen er een heleboel foto’s van onder de deur naar binnen waaien. Allemaal foto’s van die overleden vrouw. Mijn man zou net opstaan om ze op te rapen, maar ik hield hem tegen en zei dat hij niet moet ingeven op wat er gebeurd. “Het verleden is het verleden Herman…je moet loslaten…NU…JE MOET NU LOSLATEN…KIES VOOR ONS”, schreeuwde ik. Hij begon toen echt woest te worden en is voor de deur gaan staan en schreeuwde zo hard als hij kon: “GA WEG EN LAAT MIJN VROUW EN KIND MET RUST……JE BENT ALS DOOD, LAAT MIJ LEVEN…LAAT MIJ MIJN LEVEN LEIDEN.” Alles stopte toen. Het gerammel van de deur stopte en de foto’s die vanonder de deur naar binnen vlogen kwamen niet meer. Mijn dochtertje zei toen plotseling: “Papa, je moet ook bidden precies als hoe u me had gezegd.” Met tranen in de ogen zaten wij drietjes op het bed te bidden. Mijn dochtertje bad speciaal voor die mevrouw. “Here God…ik vraag u om haar te helpen. Help haar zodat ze lief mag zijn.”
Ik weet nu dit. Precies als hoe een kind dingen kan zien. Precies zo sterk is het gebed van een kind ook. Vanaf die dag hebben we nooit meer last gehad van die entiteit. Mijn man heeft eindelijk alle oude spullen die een herinnering gaven aan zijn overleden vrouw weggegooid. We konden eindelijk leven als een echt gezin.
Advies: Laat altijd los en dan zult jij ook losgelaten worden.