Het Spookhuis van de Verloren Ziel

Vorig jaar hebben we een huis gekocht via een makelaar. Het werd verkocht in de verwaarloosde staat waarin het zich bevond, en de renovatiekosten waren dus voor onze rekening. We hadden geen idee waarom het huis zo goedkoop was, maar we hadden echt een eigen huis nodig, en het bouwen van een nieuw huis paste niet binnen ons budget.

Bron Foto: Spuku Tori OpenArt

Het was een laagbouw volkswoning uit de jaren 80. Mijn vrouw en ik woonden tijdelijk bij mijn schoonouders, maar als man wil je toch graag je eigen huis hebben voor je gezin. Zodra we het huis zouden hebben, konden we beginnen aan het stichten van ons gezin, want dat was een gedeelde droom.

We hadden een afspraak om om 16:00 uur bij de woning te zijn voor een rondleiding van de makelaar. Het was een ruim huis en er was zelfs een uitbreiding toegevoegd door de vorige eigenaren. De makelaar had iemand ingehuurd om het overwoekerde gazon aan de zijkant en achterkant van het erf te maaien.

Binnen zag het er nog goed uit, maar aan de buitenkant zouden we hard moeten werken om het op te knappen met nieuwe verf, dakgoten en dakplaten. De ramen waren van hout met glas-in-lood, terwijl het achterterras helemaal betegeld was. Binnenshuis was ook betegeld, behalve de slaapkamers.



Terugkomend op de rondleiding: vanaf de straat kon je het erf op twee manieren betreden, via de garage of via een kleine poort. Als je de deur opende, kwam je direct in de ruime keuken en woonkamer, gescheiden door een smalle muur.

Aan de woonkamer en de keuken grensden drie slaapkamers en een opbergruimte. Nadat we alle kamers hadden geïnspecteerd, gingen we naar de binnenschuur. De muren en het plafond waren bedekt met krijttekeningen en oude kapotte speelgoed lag her en der verspreid. Toen we naar het plafond keken, zagen we een luik met daarop geschreven met een stift: “Niet openen.”

“Is dit altijd zo geweest?” vroeg ik de makelaar. “Ja, we vonden het ook in deze staat, en ik kan niet veel zeggen over dat luik. Ik vermoed dat er ooit een vleermuizenplaag was en dat daarom met klem stond dat het luik niet geopend mocht worden,” antwoordde hij. “Moet ik eerlijk zijn? Spookt het hier?” vroeg ik de makelaar direct.

“Om eerlijk te zijn, ik weet het echt niet. We hebben dit huis pas overgenomen van de familie die hier eerder woonde,” zei hij.

Aan de achterkant van het huis was er een betegeld terras en een grotere berging dan die binnen. Je kon er zelfs vier grote opslagtanks plaatsen om je een idee te geven van de grootte. In de kleinere binnenberging paste maar één tank.



Samen met de makelaar bespraken we wat er allemaal gedaan moest worden om het huis weer bewoonbaar te maken. Er was veel werk aan de winkel. Mijn vrouw was helemaal in haar element en begon met plannen maken voor de kleuren van de woonkamertegels, welke gordijnen ze zou kopen en andere zaken die vrouwen graag plannen.

Nadat alles min of meer was vastgelegd, stelde de makelaar voor om een aannemer in te huren die het werk voor ons kon uitvoeren. Hij was niet duur en werkte toevallig voor hetzelfde makelaarskantoor, maar we konden hem ook privé inhuren. De kosten zouden dan rechtstreeks naar de aannemer gaan. We vonden het een goed idee en maakten een afspraak voor het komende weekend.

Op een zaterdag kwam de aannemer met zijn team om het werk op te nemen en notities te maken van de veranderingen die we wilden aanbrengen. Hij maakte een schatting en na overleg stemden mijn vrouw en ik in met de kosten. Het was eigenlijk niet zo duur als we hadden verwacht, en als er geld overblijft, is dat onze winst.

Er was elektriciteit en water, wat het voor de aannemer gemakkelijk maakte om aan het werk te gaan. Die maandag kon hij beginnen met de werkzaamheden, en naarmate de weken verstreken, zagen we de veranderingen. Het werd echt een prachtig huis.

Ik was erbij toen een van zijn medewerkers in de binnenberging werkte en het luik opende. We hoorden plotseling geschreeuw en hij sprong al snel uit de bergruimte. “Sa’e p’sa dape?” vroeg ik in mijn eigen taal (wat er aan de hand is). “Kijk naar die speeltjes daar,” zei hij.



Hij had het luik open geschoven en er vielen allerlei speeltjes uit het plafond, voornamelijk poppen. Met veel moeite hebben we hem overgehaald om in de vliering te gaan om nieuwe elektriciteitskabels te leggen.

Toen hij uit de vliering kwam, was hij helemaal van streek en weigerde verder te werken. Het leidde tot een ruzie tussen de aannemer en de medewerker. Hij zei dat er iets mis was met het huis, vooral met de bergruimte. Die dag werd hij naar huis gestuurd, en pas nadat hij zich had gekalmeerd, mocht hij de volgende dag terugkomen.

Een andere medewerker ging naar de vliering om deze schoon te maken, en intussen liet hij alles dat te groot was voor de stofzuiger uit het luik vallen. Nadat de vliering helemaal was schoongemaakt, hielp ik om het speelgoed in grote vuilniszakken te doen. We vulden vier grote zakken met al die spullen.

De werkzaamheden werden afgerond en het huis was klaar om in te trekken. Mijn vrouw en ik verhuisden. We kregen hulp van familieleden. Mijn vrouw en haar zussen waren druk bezig met de inrichting van het huis, terwijl de mannen genoten van een Parbo-bier op het achterterras.

Plotseling rolde er een kleine verfrommelde plastic bal van binnen naar buiten het terras op. Ik dacht dat ik de bal herkende omdat deze eruitzag als dezelfde bal die ik weken geleden in de vuilniszak had gegooid. “Hey, wie heeft die bal naar buiten gegooid?” riep ik naar binnen.

De dames waren zo druk aan het praten dat ze mijn roep niet eens hoorden. Ik liep naar de bal en raapte hem op. “Ik had deze bal al weggegooid… het is dezelfde bal,” zei ik verbaasd tegen de andere mannen.



Mijn zwager keek me aan en vroeg of ik zeker was van wat ik zei. Ik vertelde hen toen wat we hadden meegemaakt tijdens de renovatie en wat er op het luik stond. “Heb je het je vrouw verteld?” vroeg hij. “Nee, nog niet, maar ik denk dat ik het haar moet vertellen… want dit is vreemd,” zei ik terwijl ik de bal naar de hoek van het achterterras gooide. Vanaf dat moment begonnen we paranormale verklaringen te overwegen. We besloten dat er een priester moest komen om het huis te zegenen.

Later die avond, nadat iedereen was vertrokken, nam ik mijn vrouw opzij en vertelde haar over de gebeurtenissen. Ze schrok wel, maar stond onmiddellijk op en liep naar de kamer om haar fles wijwater te halen.

“Kom met me mee,” zei ze terwijl ze naar de deur van de berging naast onze slaapkamer liep. Ik stond op, en terwijl ze de deur opende, werd ik helemaal bleek van schrik. Die bal… dezelfde bal lag in het midden van die ruimte op de vloer.



Mijn vrouw vroeg me of ik een grap uithaalde. “Nee… nee, ik heb die bal in de keuken in de vuilnisbak gegooid,” zei ik. Ik pakte mijn zaklamp en rende naar buiten, scheen in de donkere hoek waar ik de bal voor het laatst had gezien. Net toen ik in die richting scheen, zag ik een vaag gezicht dat verdween in het licht van mijn zaklamp. Het was duidelijk te zien dat het ogen en een mond had. “Ik heb het gezien, Reginald… ik heb het gezien,” zei mijn vrouw zacht.

Ze was meegelopen en stond in de deuropening te kijken. “Het was het gezicht van een kind,” zei ze geschrokken. Opeens hoorden we een stem zeggen: “Hallo mi gudu’s.” (Vertaald: Hallo mijn schatjes.)

We schrokken allebei en ik riep uit van schrik: “WTF.” Het was de buurvrouw die aan het hek stond en ons riep. “Mevrouw, u heeft me laten schrikken, zeg,” riep ik verward. We liepen naar de omheining en maakten kennis met de dame.

Ze was een heel vriendelijke vrouw die samen met haar moeder en zoon woonde. Ze vertelde dat ze ons huis kende van vroeger. Ik wilde haar graag ondervragen over het huis en de vorige eigenaren, maar ik kende haar nog niet goed genoeg, en ik wilde niet dat mijn vrouw overstuur zou raken als de verhalen duister zouden zijn.

Nadat we klaar waren met het gesprek, gingen we naar binnen. De bal lag nog steeds in de berging. Mijn vrouw sprenkelde wijwater in de berging en zei: “Laat niets ons lastigvallen, want dit is ons huis. Val ons niet lastig, en wij zullen jou niet lastigvallen.” Het hele huis werd vervolgens besprenkeld met wijwater. Ik pakte de bal en gooide hem in de vuilnisbak in de keuken.

Het was 3 uur ’s nachts toen ik wakker werd van geluiden die klonken als rennende voetstappen. Ik keek nog even naar mijn vrouw, maar ze sliep diep. Ik stond op en opende voorzichtig de deur. Ik hoorde duidelijk het geluid van rennende voetstappen en gegiechel op de achtergrond.



Toen ik de deur helemaal opende, sloeg de deur van de berging met een harde klap dicht. Gelukkig werd mijn vrouw niet wakker van de luide klap. Ik sloot de slaapkamerdeur en liep rechtstreeks naar de deur van de berging, die ik opende.

Ik schakelde het licht in en zag dat het luik van het mangat open was geschoven, en de bal lag in het midden van de vloer. “Dit kan niet waar zijn,” dacht ik. Ik liep direct naar de vuilnisbak waar ik de bal voor het laatst had gezien en trapte het deksel open. De bal was er niet.

Plotseling hoorde ik het mangat weer dichtschuiven. Ik rende naar de berging en kon mijn ogen niet geloven. Het mangat was dicht, terwijl de bal nog in het midden van de berging op de vloer lag. Ik begon te huiveren bij het idee dat het huis spookte. Ik ging op de bank zitten en staarde naar de deur van de berging totdat ik in slaap viel.

“Hey Regi… waarom slaap je hier?” zei mijn vrouw terwijl ze me wakker schudde. Ik had liever naast haar gelegen, want ik wist dat ze me nu flink de les zou lezen. Ik vertelde haar alles.

Met grote ogen en verbijsterd stond ze daar met haar koffie in de hand, naar me te kijken. “We moeten de pastoor bellen, Reginald, vandaag nog,” zei ze plotseling. Ik stemde ermee in, en die dag maakten we een afspraak om tijdens kantooruren naar de pastoor te gaan voor een gesprek over ons huis.



Rond het middaguur brachten we hem een bezoek. Hij zei dat hij de volgende dag zou kunnen langskomen voor een zegening. We stemden daarmee in. Die middag, toen ik thuiskwam van mijn werk, pakte ik een ladder en ging naar de berging om het mangat te openen. Voorzichtig stak ik mijn hoofd door het mangat en scheen met mijn zaklamp in de zolder.

Ik keek rond om te zien of er iets opvallends was, maar alles leek schoon en ik kon geen poppen of speelgoed zien. Maar toen ik naar de verste hoek van de zolder scheen, zag ik een soort stofwolk bewegen.

Mijn hart begon sneller te kloppen, maar ik bleef staren naar het vreemde tafereel. Het was alsof er een dunne sluier van stof zich langzaam vormde in het niets, alsof het stof probeerde samen te klonteren tot een bewegende vorm. Dit is wat ik zag, maar dan in slow motion.

Op het moment dat ik mijn voet wilde terugtrekken, bewoog het ding zich zo snel in mijn richting dat ik van schrik achterover viel en mijn achterhoofd aan de rand van het mangat raakte terwijl ik over de opbergrekken tuimelde. Ik viel hard op de vloer terwijl ik nog steeds keek naar het mangat, waar het licht van mijn zaklamp nog doorscheen.

Plotseling verscheen het gezicht van een kind in het mangat en verdween even snel als het was gekomen. Met een sprong, een duik en een koprol was ik weer in de woonkamer. Mijn rug was bekrast en mijn achterhoofd bloedde ernstig.

Ik sloot de deur van de berging en draaide hem op slot. Na een bad te hebben genomen, behandelde ik mijn wonden met Betadinezalf. Maar ik kon dit niet verbergen voor mijn vrouw, dus probeerde ik alvast te bedenken wat ik haar zou vertellen. Ze zou elk moment thuis kunnen komen.



Toen ze thuis kwam, moest ik alle verwijten van haar over me heen laten komen. Ze heeft me stevig de les gelezen. Ja, vrouwen hebben altijd gelijk. Maar de rest van de middag verliep gewoon normaal.

Die avond lagen we in bed een beetje te dollen, toen we plotseling gegiechel hoorden in onze slaapkamer. We stopten en keken elkaar aan. Plotseling hoorden we het geluid, vlak naast ons bed, en toen we die kant op keken, zagen we een kort meisje met een brede glimlach naar ons kijken.

Ik weet niet hoe, maar binnen enkele seconden stonden we tegen de muur van de slaapkamer en keken naar het spookachtige verschijnsel. Het verdween en vervaagde in een mistige wolk, door de deur naar buiten. Op hetzelfde moment sloeg de deur van de berging dicht. “Heb je de deur open gelaten? Ik had hem afgesloten met die sleutel,” zei ik tegen mijn vrouw.

Ze kon zich niet herinneren dat ze die dag in de berging was geweest, dus liepen we samen naar de berging om te controleren. De deur was vergrendeld. Die nacht hebben we geen oog dichtgedaan. We wachtten op de pastoor.

De pastoor kwam met een assistent om hem te helpen bij de zegening. We gaven hen een rondleiding en toen we bij de deur van de berging kwamen, zei de assistent: “Wacht, open de deur nog niet.” Voordat ze verder konden gaan met hun werk, wilden ze weten waar we geestelijk stonden.

We kregen gezegende kruisen van hen, die we altijd bij ons moesten dragen tijdens het bidden. Na de instructies te hebben opgevolgd, gingen ze naar de berging en begonnen deze te zegenen en te besprenkelen met wijwater.

We keken toe en het leek niet alleen op een zegening, eerder op een soort exorcisme. Het was de eerste keer dat mijn vrouw en ik zoiets van dichtbij meemaakten. Geloof me, het heeft geholpen. Sinds die dag hebben we nooit meer last gehad van wat er in de berging was. We zijn de pastoor en zijn assistent zeer dankbaar voor hun hulp en begeleiding.



Het is bijna twee jaar geleden dat we dit huis hebben gekocht. Op een middag raakte ik in gesprek met mijn buurvrouw, en wat ik hoorde over het huis overtrof mijn verbeelding. “Ik zag die mevrouw nog met haar zwangere buik, maar ik was toen nog jong,” vertelde mijn buurvrouw.

“Mijn moeder was goede vrienden met haar, maar hun gedrag veranderde nadat ze was bevallen. We hebben het kind nooit gezien. Maar we hoorden altijd geluiden uit die kleine kamer komen,” zei ze terwijl ze naar de plek wees waar onze berging zich bevindt.

“Volgens mijn moeder is die mevrouw bevallen van een gehandicapt kind. Ze was er niet blij mee en sloot het kind op in de kleine kamer. Maar volgens mij verzorgde ze het kind ook niet goed, waardoor het uiteindelijk is overleden,” voegde ze eraan toe.

Mijn buurvrouw vertelde dat het huis altijd onrustig was geweest sinds die tijd, en dat buren altijd klaagden over vreemde geluiden en lichten die ’s nachts aan en uit gingen. “Nadat ze het huis verliet, hebben veel mensen het geprobeerd, maar niemand bleef er lang wonen. Totdat jullie kwamen,” zei ze met een glimlach.

Het was een schokkend verhaal, maar het maakte alles duidelijk. We geloofden dat het arme kind nog steeds ronddwaalde en het huis niet wilde verlaten. We zijn erg dankbaar dat we het huis hebben kunnen zegenen en de rust hebben kunnen herstellen.

Nadat we dit verhaal hadden gehoord, vonden we het nodig om een klein monumentje (grafsteentje) te plaatsen op het erf om het kind te herdenken. Mijn vrouw vond het belangrijk om een herdenkingsplek te hebben, zodat het kind eindelijk in vrede kon rusten.

Sindsdien hebben we geen rare gebeurtenissen meer meegemaakt en genieten we van ons huis en de rust die er heerst. We hebben een gezin gesticht, zoals we altijd al wilden, en we zorgen goed voor onze kinderen.


Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Scroll naar boven