Spookachtige Bekentenissen: Mijn Modewinkelervaring in een Oud Gebouw in Suriname

Ik weet niet veel over de geschiedenis van een bekend gebouw in Suriname, maar ik weet wel dat het er spookt. Soms brengen bepaalde plaatsen ongeluk en pech op het geestelijke vlak. Soms is het duidelijk dat bepaalde dingen in het leven, en misschien zelfs op je werk, niet gaan zoals jij dat zou willen. Houd er altijd rekening mee dat er meer ligt in het duister (dat wat we niet kunnen zien) en dat je er toch iets aan zal moeten doen te zijner tijd. Dit was bij mij het geval.

Bron Foto: Spuku Tori OpenArt

Ik ben van huis uit modiste en heb op een modevakschool in het buitenland mijn studie afgerond. Toen ik naar Suriname terugkeerde, begon ik eerst te werken als docent op een school hier in Suriname. In mijn vrije tijd maakte ik kleding voor dames, heren en kinderen, en dit beschouwde ik als mijn hobby.

Het ging zo goed, dat ik op den duur maatstandaarden ben gaan gebruiken voor bepaalde creaties, zodat iedereen op elk moment bij mij thuis kon binnenstappen en kon passen wat reeds was klaargemaakt. Business ging zodanig goed, dat ik een unit ben gaan huren in het betreffende gebouw waarover ik het eerder had.



Het was voor mij een mijlpaal, en ik zag een mooie en succesvolle toekomst voor mij en mijn business. De unit was heel ruim en ik kon dus veel goed erin kwijt. Ik had mannequins gekocht en plaatste die met de mooiste creaties in de ruimte zodat men direct kon zien hoe het aan het lichaam zou staan.

De eerste 8 maanden ging alles perfect en zonder problemen. De verkoop ging uitstekend en het geld stroomde binnen. Het ging zo goed dat ik zelfs een kassière in dienst nam en nog een ander persoon die de kleding goed kon verkopen. Ik was er wel elke dag om open te doen, maar dan vaak als eerste. En toen begon ik vreemde dingen op te merken.



Ik kwam op een ochtend heel vroeg om open te doen. Elke huurder kon naar binnen via de zijingang of zelfs via het parkeerterrein boven. Ik had die dag een nieuwe Afrikaans geïnspireerde kledinglijn gebracht voor de uitstalling en vroeg nog aan een van de beveiligingsmensen of hij me kon helpen met de doos.

Toen hij ze voor me bij de deur van mijn unit had gezet, keek hij even naar binnen en maakte toen een opmerking: “Mevrouw…die poppen van je…die hoofden moet u wel goed regelen hoor.” Ik keek direct naar binnen en merkte op dat alle hoofden van de mannequins waren omgedraaid met het gezicht naar achteren.

“Jazeker…die dames waren volgens mij bezig met het plaatsen van nieuwe kleding aan de poppen…volgens mij denken ze dat ze het goed hebben gedaan,” zei ik hem. Ik bedankte hem voor zijn hulp en liep mijn unit binnen en begon de kleding uit de dozen te halen.



Met mijn stomer in de hand begon ik de kledingstukken glad te stomen. De twee dames, Sabrina en Mariska, kwamen zelfs eerder aan het werk en begonnen ook direct met hun werkzaamheden bij de kassa en de kleding. Het was altijd een pret om met die twee te werken en Sabrina, van de kassa, had altijd een ‘spang tori’ over het ’t een en ’t ander.

Opeens zei Mariska: “Mevrouw Eudia, bent u bezig met die mannequins noh…want alle hoofden draaien naar achteren.” Ik keek op en stond versteld van wat ik hoorde. Ik keek even naar beide dames en bedacht me direct dat ik niemand wilde bang maken, dus zei ik toen dat ik inderdaad bezig was met de mannequins om ze te prepareren voor de nieuwe kleding die ik aan het stomen was.



Er ging vanaf dat moment heel veel door mijn hoofd, maar ik liet het niet merken. We zorgden ervoor dat de nieuwe kleding aan de mannequins ging en dat de unit er piekfijn uitzag voor de klanten. Nadat ik de kas had geteld en een controle had gedaan in de boeken van gisteren, ging ik naar huis, want ik had kleding te vervaardigen.

De gedachte dat het spookte in het gebouw begon me echt te storen en ik vreesde voor de veiligheid van de dames. Ik vertelde mijn moeder over het geval en ze zei dat ik de unit moest laten inzegenen. Ik dacht dat het alleen bij huizen gebeurde, maar ze bleef aandringen dat ik het moest doen.

Ik was er niet zeker van of het zou helpen, want ik weet dat het gebouw al meer dan 100 jaar bestaat en mocht het zo zijn dat er ‘dingen’ zijn, vrees ik dat ze niet zo gemakkelijk te verwijderen zullen zijn. Ik kon tenminste wel proberen om ze buiten de unit te houden.



Ik kwam via mijn moeder in contact met een zekere meneer Etto, die zich goed weet te oriënteren op het vlak van het paranormale. Ik maakte een afspraak met hem om de volgende dag heel vroeg te komen bij het warenhuis, zodat de andere dames niet hoeven te weten wat er gaande was.

De volgende ochtend waren we heel vroeg op de plaats van bestemming en meldde de beveiliging dat ik iemand meenam die me zou helpen met inpakken van oude lading (toevallig gebeurde dat ook hoor). Etto stopte al bij de trap naar boven en liet een hele grote zucht horen. Ik schrok er wel van, maar vroeg hem direct waarom hij zo zuchtte.

“Dit gebouw heeft een geschiedenis en de entiteiten weten dat ik kan zien, horen en voelen. Ze komen tot in mijn gezicht schreeuwen en vragen om hulp. Er zijn ook duistere entiteiten hier. Dingen die geclassificeerd kunnen worden als ‘demonisch’,” zei hij een beetje op bedrukte toon.



We liepen door naar boven en bij de unit aangekomen keek ik direct naar binnen. Ja hoor, hetzelfde was er gebeurd. Ik zou Etto net vertellen wat ik meemaakte of hij viel me direct in de rede. “Ze spelen met die poppen van je he?” vroeg hij op een zeer kalme toon. Ik zei hem dat ze dat nu dus ook weer hadden gedaan.

Ik maakte de unit open en liep met hem mee naar de ‘plekken’ in de unit waar hij wat kon aanvoelen. Opeens zei hij: “Na yu dya…sor’ yu srefi. Fu san ede yu dya.” (Vertaald: “Jij bent hier…laat jezelf zien. Waarom ben je hier.”)

Ik schrok van de klap die ik hoorde toen een hoofd van een van de mannequins kapot ging op de houten vloer. Etto begon toen te lachen en zei tegen de entiteit dat we niemand hier zijn komen lastigvallen en dat we ook niet lastig gevallen wilden worden. Hij nam een bosje “smoko-wiri” en begon die te branden in de ruimte vanaf de kant van de straat, naar de deuropening van de unit. (Smoko-wiri=sage of salie).

Hij vroeg me of ik het niet erg zou vinden om de mannequins te ontkleden zodat hij ze kon insmeren met een “dresi” van hem. (Dresi=medicijn) Ik vond het geen probleem en deed wat hij vroeg. Toen hij klaar was met het “wassen” van de mannequins, zei hij dat ik toch een klein wierook apparaat zou moeten kopen voor de unit en het bij de deur plaatsen.



Ik zorgde ervoor dat dat ook ging gebeuren. Toen hij helemaal klaar was met zijn werk, voelde de unit ook vrij licht aan. Ik bedankte hem hartelijk en kwam hem tegemoet met een eigen inbreng, zoals hij het zelf noemde. De dames waren er binnen enkele uren en het werk van de dag kon normaal beginnen.

Ik had intussen zo’n fonteinachtig dingetje gekocht, waar je tevens een wierook kegel in kon branden. Die plaatste ik dan aan de ene kant van de deur. Ik kwam die middag terug bij mijn unit om te weten of er niets vreemds was gebeurd met de dames. Ik kon merken dat er iets aan de hand was, want ze waren een beetje stil.

“Wat is er met jullie…is er iets ofzo?” vroeg ik toen aan de dames. Sabrina en Mariska keken elkaar aan en de een begon met “zeg jij haar noh” en de andere met “nee…zeg jij”. Ik zei toen dat ze nu wel moeten praten, want ik wil weten wat er is gebeurd. “Dus mevrouw Eudia, ik wil niet zomaar dingen zeggen want straks denkt u dat we gek zijn,” zei Mariska, “maar die deur…die deur gaat soms gewoon op een kleine kier open en klapt dan weer dicht…uit zichzelf.”

Ik wist niet wat ik hoorde, maar ik berustte me er wel in dat het probeerde de deur van buiten open te maken en niet naar binnen kon komen. “Maar dat is nog niet alles mevrouw Eudia…toen ik bezig was om die ruiten schoon te maken, hoorde ik een klap op het glas en er kwam een modderige handafdruk erop…kijkt u daar,” zei Sabrina, terwijl ze liep naar de plek van de handafdruk.



Ik bestudeerde de handafdruk en keek Sabrina weer aan en vroeg: “Heeft een kind dit gedaan?” “Mevrouw Eudia, dus u luisterde niet noh…er stond niemand daar…gewoon wan san’ nak’ tap’ a grasi dan … dan mi sji a ‘anu,” zei Sabrina hysterisch. (Vertaald: “Gewoon sloeg iets op het glas en toen verscheen de handafdruk”)

“Rustig, rustig…ik moet jullie wat vertellen,” zei ik toen. Ik begon met het verhaal van de mannequins, de gevallen kop en meneer Etto die was gekomen om een kijkje te nemen in de unit. Ze schrokken zich een hoedje. Ik vertelde ze toen dat Etto het ding had verjaagd naar buiten en dat ik op advies van hem dat ding had gekocht voor de deur. “Dus, vrouw Eudia, dat mek’ a san’ ben wan’ kon insey baka…maar het lukte niet”, zei Sabrina. (Vertaald: “Dus, mevrouw Eudia, daarom probeerde dat ding naar binnen te komen…maar het lukte niet.”)

Ik vond de dames wel bikkel hoor en dat zei ik ze ook. Maar nu komt er niet zo goed nieuws. Voor het eerst sinds ik de unit heb, was er geen enkele verkoop. Die mensen staan wel even voor de glazen ruiten van mijn unit te kijken naar binnen, maar ze lopen dan gewoon weer voorbij. Ik begon toen ook buiten te staan om de mensen te interesseren om naar de leuke creaties te kijken, maar niemand wilde, vreemd genoeg, naar binnen komen.



Dit fenomeen ging een hele week door en ik moest die Etto weer raadplegen. Hij deed zijn ding en bleek dat die entiteit dit blokkeerde. Maar de gang zat vol met entiteiten. Het was een onsmakelijke klus om de hele gang te ontdoen van deze entiteiten. Het was gewoon onmogelijk.

De verkopen gingen wel, maar niet meer zoals ik het graag zou willen. Na een jaar moest ik de unit opzeggen omdat het helemaal niet meer liep met mijn business. Het ging wel als ik vanuit huis werkte en verkocht. Ik had de twee dames gelukkig nog kunnen houden voor werk vanuit huis en met veel geluk konden we jaren verder nog heel veel zaken samen doen.

Voor de unit…ik weet niet wat het gebouw zal worden. Maar ik hoop dat men er degelijk rekening mee zal moeten houden dat het nog steeds een oud gebouw is in een nieuw jasje gestoken.

De dingen zullen er altijd zijn … in het gebouw aan de Domineestraat.
Bron Foto: Chromebook Corner



1 gedachte over “Spookachtige Bekentenissen: Mijn Modewinkelervaring in een Oud Gebouw in Suriname”

  1. in den haag( nederland) heb je de gevangenpoort uit de middeleeuwen waar mensen werden gemarteld en vermoord.kreeg jaren terug een rondleiding
    maar niks aan overgehouden? de gids zei dat bepaalde mensen de aanwezigheid van overleden mensen konden waarnemen,tot heden heb ik
    nooit gehoord dat er iemand bezeten of achter volgt wordt door de geesten van de gevangenpoort(woon al 47 jaar in den haag)

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Scroll naar boven