Kari yu srefi
Inleiding: Een Onverwachte Gebeurtenis
Mijn naam is Nicole, ik ben 35 jaar oud en een alleenstaande moeder van een tienjarige zoon. Mijn dagen zijn hectisch en mijn weekenden dienen als een adempauze van de drukte. Omdat ik wat rust nodig heb, breng ik mijn zoontje vaak naar zijn oma tijdens het weekend. Maar één gebeurtenis heeft mijn kijk op oude tradities en overgeleverde verhalen van onze grootouders voorgoed veranderd. Iets ongewoons is gebeurd, iets dat mijn overtuigingen op hun grondvesten heeft doen schudden.
Een Onheilspellend Moment op de Weg
Ik verliet het huis van mijn moeder en reed via de Coppenamestraat richting Leiding. Mijn zoontje zou het weekend bij haar doorbrengen. Thuis, op Leiding 11, wachtte mijn eigen routine op me. Terwijl ik ter hoogte van huize Albertine reed, dook er plotseling iemand op uit de zijkant van de weg. Ik had haar niet eens opgemerkt voordat ze voor mijn auto sprong. Dankzij mijn snelle reactievermogen trapte ik hard op het rempedaal, met beide voeten. De dreigende aanrijding werd ternauwernood vermeden door mijn razendsnelle reflexen. Het geluid van gierende banden vulde de lucht en ik kneep mijn ogen dicht, in afwachting van de onvermijdelijke impact.
Een Verwarrende Realiteit
Toen mijn auto abrupt tot stilstand kwam, opende ik mijn ogen weer. Verward keek ik om me heen, mijn hart bonzend als een razende. Over de straat renden mensen naar mijn auto om te vragen of het goed met me ging. “Heb ik die vrouw geraakt? Is ze okay?”, stamelde ik in verwarring. Iedereen keek me met verbijstering aan en verzekerde me dat ik niemand had geraakt. Een van de omstanders vroeg bezorgd of ik wel in orde was. “Ik dacht dat ik iemand had aangereden… ik ben in de war”, riep ik. Al snel werd duidelijk dat mijn verbeelding me parten speelde. Een van de mannen zei dat ik het me had ingebeeld. Ik stapte uit de auto om zelf te controleren, maar er was niets te zien. Zelfs mijn bumper was onbeschadigd. Misschien was ik gewoon te uitgeput door de drukte van de dag. Ik stapte weer in de auto en vervolgde mijn weg naar huis.
Een Huiveringwekkende Nacht
Eenmaal thuis aangekomen, schonk ik mezelf een glas koude cola in en liet me op de bank zakken. Ik trachtte het voorval een plek te geven in mijn gedachten, maar het beeld van de vrouw gaf me rillingen over mijn hele lichaam. Met gemengde gevoelens ging ik verder met mijn dagelijkse bezigheden in huis. Naarmate de avond viel en ik alles zorgvuldig had afgesloten, begaf ik me naar mijn slaapkamer en kroop in bed. Plotseling drong een stem onophoudelijk mijn bewustzijn binnen. Ik worstelde om wakker te worden, maar mijn ogen weigerden dienst en ik kon me zelfs niet bewegen. Een herhaalde zin vulde de ruimte: “Kom terug, moeder, ben ik kom terug, ik, wat doe je hier, wat doe je hier.” Ik vocht om de duistere bevangenheid van mijn slaap te doorbreken en plotseling bracht het geluid van slippende banden die hard remden me terug naar de realiteit. Een donderende klap volgde en ik schrok wakker in een schuddend bed.
Een Ongrijpbare Stem
De stem hield niet op en pas nu herkende ik dat het mijn eigen stem was. Mijn mond herhaalde de zin keer op keer. Geschrokken legde ik mijn hand op mijn mond en het geluid verstomde. Mijn hele lichaam bonkte van de pijn, en een onverklaarbare angst maakte zich van me meester. Bevend van angst stapte ik uit bed en liep naar het raam. Ik begreep niet waarom, maar ik opende de gordijnen en staarde de nacht in. Voor mijn poort stond een gestalte, slechts vaag zichtbaar in de duisternis. Mijn hart sloeg een slag over toen ik het gezicht herkende. Het was dezelfde vrouw die voor mijn auto sprong. Ze leek tegen me te praten en dezelfde woorden herhaalden zich weer. Plotseling stak ze haar arm uit en wees naar een punt in de leegte. Mijn blik volgde haar aanwijzing, maar ik zag niets bijzonders. Toen ik weer naar haar keek, was ze verdwenen. Die nacht bracht ik door zonder slaap. Terwijl ik in bed lag, probeerde ik wanhopig de puzzelstukjes van dit vreemde voorval in elkaar te passen. Mijn gedachten draaiden in cirkels, maar geen enkele verklaring diende zich aan. Ik zat op de rand van mijn bed en staarde naar het raam, terwijl ik wachtte op de opkomende zon.
Een Mystieke Ontmoeting met het Verleden
De volgende ochtend belde ik mijn moeder en deelde het vreemde voorval met haar. Ze was stil, en ik kon bijna haar woorden “ik had je gewaarschuwd” in de lucht horen hangen. “Hoe laat kom je hier?”, vroeg ze me. Ik antwoordde dat ik meteen zou komen, zodra ik me had opgefrist. Ik maakte me klaar en reed terug naar mijn moeders huis. Deze keer vermeed ik bewust de Coppenamestraat en koos de Franchepanestraat als omweg. Bij mijn moeder aangekomen, omhelsde ze me stevig en vroeg ze om meer details over wat er was gebeurd en wat ik had gedaan na de “zogenaamde aanrijding”.
Een Oude Waarschuwing Krijgt Betekenis
Terwijl ik haar alles vertelde, merkte ik dat haar blik plotseling langs me heen gleed, alsof ze iets zag. “Droeg ze een geelblouse met een strakke pasvorm?”, vroeg ze. Geschrokken wilde ik omkijken, maar mijn moeder hield mijn gezicht vast en waarschuwde: “I no kar’ yu srefi f’a presi dape de.” (Vertaald: “Je hebt jezelf niet van die plek weggeroepen”). Met wijd opengesperde ogen keek ik haar aan. “Dus die waarschuwing was echt…”, stamelde ik. “Natuurlijk, Nicole, die waarschuwingen zijn er niet voor niets… en doordat je dat niet hebt gedaan, is een deel van jou nog steeds op die plek, en deze entiteit maakt gebruik van jou om zich te manifesteren”, legde mijn moeder uit terwijl ze langs me heen staarde. Ze stond op, pakte haar tas en beval dat we onmiddellijk naar die plek moesten gaan. Ze raapte een kapotte steen van de grond op en stopte deze in een zakje. Samen keerden we terug naar de locatie van het incident en parkeerden mijn auto bij de autodealer tegenover Huize Albertine. Mijn moeder vroeg me om nauwkeurig aan te wijzen waar ik op de weg reed toen ik de vrouw voor het eerst zag. Ik gaf de plek aan en ze instrueerde me om mezelf van die plek weg te roepen. “Tek a ston’ disi (Pak deze steen)”, zei mijn moeder ernstig. “Gooi het op die plek en roep jezelf bij naam, zeg dat je meteen mee moet komen.”
Een Onthutsende Visie
Toen ik de steen op de grond smeet en mijn naam noemde, zag ik aan de overkant van de straat iemand gehurkt zitten. Ze keek op en lachte naar me. “Nicole… KOM HIER WEG!”, schreeuwde ik luid. Op datzelfde moment stond ze op en boorde haar ogen diep in de mijne. Met uitgestrekte arm en wijsvinger wees ze naar de straat achter me. Ik draaide me om en zag hoe een auto een vrouw in een blauwe spijkerbroek en gele blouse raakte. Ze vloog enkele meters de lucht in en kwam rollend neer, nog geen meter van me vandaan. “Mijn God… wat gebeurt hier?”, fluisterde ik geschokt, terwijl mijn moeder me vastgreep en me vroeg of ik hetzelfde had gezien. Het besef drong tot me door dat wat ik zojuist had gezien eigenlijk een visioen was van wat er werkelijk gebeurde. Het enige dat ik kon zeggen was: “God zij met je… Ik hoop dat je nu vrede hebt, lieve mevrouw.” De figuur voor me vervaagde in de mist, en dezelfde vrouw aan de overkant van de straat bleef me lachend aankijken. Voor een laatste keer fluisterde ik: “Nicole, laten we hier weggaan.”
Lessen uit het Onzichtbare
Vanaf die dag heb ik het grootste respect voor de “kleine” wijsheden die onze voorouders hebben doorgegeven. Deze inzichten zijn niet zomaar van generatie op generatie doorgegeven. Ik besefte dat mijn ervaring een andere wending had kunnen nemen als ik mezelf niet had weggeroepen van die plek.
Bron: Sranan Folktales